Hoe merk ik dat mijn kind hoogbegaafd is?
Je kunt bij het zoeken naar signalen van hoogbegaafdheid een onderscheid maken tussen leervermogen en gedrag.
Leervermogen
Kenmerken met betrekking tot het leervermogen zijn:
- Hoge intelligentie
- Taalvaardig
- Snel van begrip
- Grote algemene interesses
- Hoog leertempo, grote denk- en leerstappen
- Goed geheugen
- Verworven kennis goed toepassen
- Denkt buiten reguliere kaders
- Doorvrager en waarnemer
- Groot analytisch inzicht en probleemoplossend vermogen
- Creativiteit en originaliteit
Gedrag
Kenmerken met betrekking tot het gedrag zijn:
- Geestelijk vroegrijp (of wekken de indruk daarvan)
- Sterk rechtvaardigheidsgevoel
- Perfectionistische instelling
- In staat tot zelfreflectie
- Zoekt ontwikkelingsgelijken in oudere kinderen
- Accepteert regels en tradities niet klakkeloos, maar bevraagt ze
- Grote behoefte aan autonomie
Zijn er theorieën over hoogbegaafdheid?
Er bestaat geen eenduidige definitie van hoogbegaafdheid. Bij het uitleggen van wat hoogbegaafdheid is, wordt vaak gebruik gemaakt van het onderstaande model. Dit model gaat uit van 3 persoonskenmerken, te weten:
- hoge intellectuele capaciteiten (IQ hoger dan 130)
- doorzettingsvermogen om taak te volbrengen
- creativiteit (het op originele wijze oplossen of bedenken van problemen)

Daarnaast zijn er drie sociale-omgevingsfactoren, die van belang zijn voor de ontwikkeling van een hoogbegaafd kind, namelijk:
- gezin
- peers (=ontwikkelingsgelijken, dit zijn niet noodzakelijk de leeftijdgenoten, maar bij hoogbegaafde kinderen vaak oudere kinderen)
- school
Een hoogbegaafd kind kan tot grote prestaties komen wanneer de drie persoonskenmerken in hoge mate aanwezig zijn, er een positief stimulerende sociale omgeving is en er onderlinge harmonie bestaat tussen de zes genoemde punten.
Duidelijk wordt hierbij ook dat de sociaal-emotionele vaardigheid van het kind voor een effectieve communicatie en omgang met de omgeving van niet te onderschatten belang is. Indien de sociale omgeving geen ruimte biedt aan een hoogbegaafd kind om zich te ontwikkelen zal de hoogbegaafdheid in de kiem gesmoord worden. Dit heeft grote consequenties voor het zelfbeeld en de ontwikkeling van het kind. In het gunstigste geval voltooit het kind op latere leeftijd alsnog een studie.
Andersom is het ook niet mogelijk een kind waarbij de drie persoonskenmerken ontbreken hoogbegaafd te maken! Wel gaan veel ouders van hoogbegaafde kinderen vaak in op de wens van hun kinderen om zich verder te bekwamen in diverse activiteiten. Die actieve stimulatie is natuurlijk wel belangrijk.

In bovenstaande figuur wordt al aangegeven dat één van de factoren de hoogte van de intelligentie is. Deze kan bepaald worden door een uitgebreid intelligentieonderzoek door een bureau dat echt gespecialiseerd is in hoogbegaafdheid . In het hieronder zichtbare schema zie je dat slechts 2% van de bevolking een IQ heeft dat boven de 130 ligt.
Zijn alle hoogbegaafde kinderen hetzelfde?
Nee, begaafdheid kan op verschillende manieren in zichtbaar gedrag tot uiting komen. Aangezien persoonlijkheid het resultaat is van ervaring en aanleg worden ook begaafde leerlingen niet op dezelfde wijze beïnvloed door hun bijzondere vermogens. Bij deze ontwikkeling moet rekening gehouden worden met de interactie van emotionele, sociale, cognitieve en fysieke factoren. Al deze gebieden hangen met elkaar samen en werken op elkaar in.
Voor alle profielen geldt dat deze niet statisch zijn. Mede afhankelijk van de omgeving kunnen leerlingen zich bovendien anders profileren in verschillende situaties. Van belang is vooral om goed te realiseren dàt verschillende begaafde leerlingen zich anders profileren.

Bronnen
George T. Betts and Maureen Neihart (1988). Profiles of the gifted and talented. Gifted Child Quarterly, 32(2), 248-253. George T. Betts and Maureen Neihart (2010). Revised profiles of the gifted and talented.
Mijn kind is slim. Hoe komt het dat het dan toch geen goede cijfers haalt op school?
Sommige (hoog)begaafde kinderen presteren op school lager dan op grond van de aanleg verwacht mag worden. Dit wordt onderpresteren genoemd.
Andere (hoog)begaafde kinderen hoeven nauwelijks moeite te doen voor hun schoolwerk, zijn perfectionistisch waardoor ze geen (cognitieve) risico's nemen of vallen niet op en hebben moeite zichzelf te zijn in een gemiddelde groep. Dit zijn kinderen die risico lopen op onderpresteren.
Kenmerken van onderpresteerders:
- zijn ongeorganiseerd
- dagdromen
- hebben slechte of geen studievaardigheden
- ervaren school als saai en oninteressant
- zijn traag en perfectionistisch of snel en onnauwkeurig
- zijn op zichzelf en teruggetrokken of bazig en humeurig
- maken werk niet af
- zien geen relatie tussen hun inspanningen en behaalde prestaties
- stellen te hoge of te lage doelen
- zijn erg competitief en kunnen niet omgaan met verliezen
Hoewel je veel verschillende kenmerken kunt terugzien bij onderpresteerders, hebben ze één ding gemeen: onderpresteerders vertonen onbewust manipulerend gedrag. Dit gedrag uit zich op twee manieren: te dominant of te afhankelijk. Deze gedragspatronen zijn over het algemeen al lang voordat het kind naar school gaat ontstaan en deze kinderen verwachten dat ze dit gedrag op school voort kunnen zetten.
Te afhankelijke kinderen hebben geleerd hoe ze volwassenen onbewust hebben kunnen manipuleren en krijgen zóveel hulp dat ze daardoor hun zelfvertrouwen verliezen. Omdat ze minder doen, verwachten de ouders en de leerkrachten ook minder. Resultaat: ze kunnen overgevoelig worden, bang en zelfs depressief. Deze kinderen vallen vaak niet op doordat ze erg aangepast gedrag vertonen.
Te dominante kinderen kiezen alleen activiteiten waarvan ze het gevoel hebben dat ze ze aankunnen. Ze manipuleren volwassenen met argumenten. Als deze kinderen de discussie verliezen, ontwikkelen ze vijandschap tegen volwassenen en gebruiken dat als excuus om niet te hoeven te werken of om geen verantwoordelijkheid te nemen.
Er zijn zes profielen van onderpresteerders te onderscheiden: De uitsteller, de verborgen perfectionist, de martelaar, het verlegen type, het sociale type en tenslotte de oplichter.
Al die verschillende types hebben eigen kenmerken en ook een andere benadering nodig om omgebogen te kunnen worden naar een andere houding die wél tot betere resultaten leiden.
Bron: “Bright minds, poor grades” van M. Whitley
Wat doet een vaste of groeiende mindset voor mijn kind?
De wereldberoemde psychologe Carol Dweck Van Stanford University heeft, na tientallen jaren onderzoek naar prestatie en succes, een baanbrekend begrip ontdekt: de kracht van onze mindset. Dweck legt uit dat het niet alleen onze vaardigheden en talenten zijn die voor succes zorgen, maar ook onze statische of op groei gerichte mindset. Ze maakt duidelijk waarom het prijzen van de intelligentie en het talent van onze kinderen niet bevorderlijk is voor hun zelfvertrouwen en prestaties, maar hun succes zelfs in de weg kan staan. Met de juiste instelling kunnen we onze kinderen motiveren en hen helpen op school beter te presteren en tegelijk op persoonlijk en professioneel vlak onze eigen doelen bereiken. Dweck onthulde wat alle goede ouders, leerkrachten, topmanagers en sportlieden al weten en laat zien hoe een simpel idee over de werking van de hersenen, liefde voor leren en veerkracht kan creëren, die de basis vormen voor prestaties op elk terrein.
Vroeger
- deelde men de mensen eenvoudigweg in twee groepen in: hoogbegaafd en niet hoogbegaafd.
- schilderde men begaafdheid ten onrechte af als iets stabiels
- was men meer in de weer om begaafdheid en talent te meten en te belonen dan om ze te ontwikkelen
Vandaag weten we dat talent
- vaak heel domeingebonden is
- kan groeien en afnemen door de tijd heen
- verstikt kan worden door op de verkeerde manier te prijzen en aan te moedigen, hoe goedgemeend ook.
Hierdoor hebben veel van onze jonge begaafde mensen
- een constante behoefte aan lof
- schrik van uitdagingen
- en lopen ze vast wanneer niet alles op rolletjes loopt
Het resultaat hiervan is dat ze hun vermogen om te groeien verliezen.
De belangrijkste taak waarmee we vandaag geconfronteerd worden is: hoe kunnen we, door mensen leergierig houden, hen plezier laten beleven aan het overwinnen van uitdagingen en hun veerkracht stimuleren bij het verwerken van tegenslagen, zodat we talent kunnen laten ontwikkelen en staande houden.

Bron: Mindset, de weg naar een succesvol leven van Carol S. Dweck
Kan mijn kind beter leren creatief te denken?
Ja, dat is mogelijk. Iedereen kan creatieve vaardigheden ontdekken, aanleren en ontwikkelen. Vaardigheid krijgen in creatief denken kun je vergelijken met het opbouwen van je lichamelijke conditie door regelmatig te bewegen. Hoe vaker je creatieve vaardigheden beoefend, hoe beter en meer wendbaar je creatieve 'denkconditie' wordt.
Creatief denken is het vermogen nieuwe, functionele en verrassende ideeën, concepten of producten te bedenken; anders gezegd, het vermogen de wereld te veranderen. Dat heeft te maken met verbeeldingskracht, het vergroten van associatieve vermogens en vertrouwen hebben in een goed idee. Een van de rode draden binnen creatief denken is het met elkaar in verband brengen van dingen of ideeën die bij eerste waarneming niets met elkaar van doen lijken te hebben en daaruit tot iets nieuws komen. Creatieve vaardigheden stellen ons in staat om flexibel om te gaan met veranderende omstandigheden; problemen oplossen, kansen zien en benutten.
De wereld om ons heen is de laatste decennia steeds sneller aan het veranderen. We weten niet hoe de wereld er over 10 of 15 jaar uit zal zien. De maatschappij heeft behoefte aan mensen die adequaat met deze veranderingen kunnen omgaan; mensen met creatieve vaardigheden. Naast broodnodige vakken als taal en rekenen moet er aandacht besteed worden aan het ontwikkelen van deze flexibiliteit. Daarom: creatief denken in het onderwijs.
Bron :"Creatieve vaardigheden" van onderwijsbegeleidingcentrum "Onderwijs maak je samen"